De niet-essentiële winkels zijn gesloten. De supermarkten draaien topdagen, helemaal aan het eind van het jaar.
Het is even na de Kerst als ik naar de supermarkt ga. Ik ben verbaasd over de enorme drukte. Blijkbaar moet half Nederland de voorraad weer aanvullen nu de kerstdagen achter de rug zijn. Het wemelt dan ook van oranje hesjes die de vakken aan het vullen zijn. Ik spreek een van de medewerkers aan die druk in de weer is met een stapel kratten met voorraad. Ik vraag haar of ze even wat voor mij zou willen pakken. Ze zegt dat ze heel erg druk is en dat het eigenlijk niet uitkomt. Ik geloof mijn oren niet en bedenk even snel hoe ik hier op ga reageren. Ik zeg dat ik alleen maar twee bakjes haring zou willen, welke in de vitrine liggen waar we naast staan. Wanneer ze de twee bakjes haring in mijn tas stopt, zeg ik dat ze dat eigenlijk niet kan zeggen en bedank haar. Ze geeft toe dat ik gelijk heb.
Deze supermarkt ervaring heb ik nog niet eerder meegemaakt. Eigenlijk is het nooit een probleem dat ik even om hulp vraag. Er komen zelfs medewerkers naar me toe die vragen of ze me kunnen helpen. Ze bieden spontaan aan om met me mee te lopen om spullen te pakken die ik nodig heb. Een heel enkele keer roept de medewerker een collega in om mij te helpen. Maar het komt altijd goed.